Wie meerdere managentsysteem normen naast elkaar gebruikt heeft ongetwijfeld gemerkt dat de eisen vanuit die norm op elkaar lijken maar niet helemaal hetzelfde zijn.
De ISO heeft dit ook opgemerkt en ontwikkelde daarom de High Level Structure: een zogenaamd ‘plug-in-model’. De basis (HLS) met kerneisen, wordt uitgebreid met ‘modules’ voor bijvoorbeeld milieu-, kwaliteits- of arbomanagement met de daarbij behorende eisen. Ook sectornormen of richtlijnen kunnen worden ‘ingeplugd’. Dit alles met als doel meer overzicht en samenhang te scheppen.
De HLS-structuur op zichzelf is geen reden om veranderingen in een bestaand managementsysteem aan te brengen. Het gaat primair om nieuwe of veranderende eisen in de norm. Alles begint dus met een ‘gap-analyse’ ten opzichte van de huidige norm. Afhankelijk van de wijze waarop de organisatie het systeem heeft opgezet zal er meer of minder moeten worden aangevuld of veranderd. In een opzet die het primair proces volgt zullen er naar verwachting minder wijzigingen nodig zijn ten opzichte van een systeem dat de hoofdstukken of normelementen van de huidige norm als uitgangspunt heeft.
Op basis van de HLS worden de ISO-managementsystemen normen opgebouwd volgens een vaste indeling. Een andere hoofdstuk indeling voor het managementsysteem wil niet zeggen dat daarvoor de structuur van het managementsysteem zelf ook moet worden gewijzigd. Voor certificatie is van belang dat duidelijk is waar of hoe de eisen uit de nieuwe norm zijn ingevuld.